Driving range is het oefenterrein voor golfers. Hij is ongeveer 50 meter breed en 250 meter lang  (afmetingen kunnen verschillen). De meeste velden zijn van gras,  enkele zijn van water. Aan de korte zijde van de driving range liggen afslagmatten. De afslagmatten zijn 1 bij 1,5 meter en meestal gemaakt van kunstgras.

Vanaf de afslagmat worden ballen de range op geslagen.  Driving range ballen zijn anders dan “echte” golfballen. Meestal staat er een dikke gekleurde streep op.

Een driving range bal is uit een andere compressie gemaakt (80 of 90 procent), hetgeen inhoudt dat deze minder ver geslagen kan worden dan een normale golfbal. Je mag geen driving range bal gebruiken op  de golfbaan. Beginnende golfers willen dit nog wel een doen. Doe dit niet (tip).

Driving range is een oefenterrein voor golfers

De driving range wordt gebruikt als oefenterrein. Hier geven de golf professionals les en wordt er gewerkt aan het verbeteren van de golfswing. Sommige gedeeltes zijn overdekt. Lesklanten hebben altijd voorrang als het regent.

Vaak vind je in het hok ook een spiegel. Deze is achter de golfmat geplaatst. De bedoeling is dat je je eigen golfswing kunt zien.

Uit een golfballen automaat trekt men een emmer golfballen.  Men slaat de emmer golfballen weg.

De driving range ballen worden aan het eind van de dag opgehaald en terug geplaatst in de golfballen automaat.

Op de driving range staan over het algemeen doelen waar op gemikt kan worden.

Een aantal van deze doelen zijn:

• Vlaggen op bepaalde afstanden
• Een vangnet met een diameter van 3,
• Een boom (omdat deze er toch al stond)
• Een autoband,
• Meerdere afstandsborden
• Een aangelegde green

Meestal zijn de doelen op een strategische afstand  geplaatst.  50 meter, 100 meter, 150 meter etc..  Op deze manier kan een golfer goed trainen.

De functies van de driving range

• De driving range wordt gebruikt door teaching professionals voor het geven van golf lessen
• Golfers gebruiken de driving range om hun golfswing te verbeteren
• Wedstrijdspelers gebruiken de driving range voor de warming up

Naast de driving range bevindt zich een putting green en een chipping green.  Dit gedeelte wordt gebruikt voor het korte spel.

De putting green is een groot stuk grond met heel kort gemaaid gras (6 millimeter). In de green zijn diverse putjes (holes) gemaakt die gebruikt worden om de golfbal in de putten.

De chipping green wordt gebruikt om  golfballen van posities van buiten de green  af op de green te chippen.